Acupunctuur in België
- Simon Fransoo

- 26 okt
- 1 minuten om te lezen
In België is de uitoefening van niet-conventionele praktijken, waaronder acupunctuur, gereguleerd door de wet van 29 april 1999, beter bekend als de Wet Colla. Het doel van deze wet is om de erkenning van niet-conventionele beroepen mogelijk te maken en zo de kwaliteit en veiligheid van deze behandelingen te waarborgen. De wet erkent vier niet-conventionele praktijken: acupunctuur, chiropraxie, osteopathie en homeopathie.
Hoewel de wet al sinds 1999 van kracht is, heeft tot op heden enkel homeopathie officiële erkenning gekregen. De erkenning van de overige praktijken, waaronder acupunctuur, is nog steeds in ontwikkeling en onderwerp van voortgezet overleg en regelgeving.
De Belgische wetgeving zelf bepaalt echter niet wie acupunctuur mag uitoefenen. Deze bepaling wordt geregeld door de vier erkende beroepsorganisaties voor acupunctuur en door de adviezen van de Kamer voor Niet-Conventionele Praktijken. Deze organisaties stellen de criteria vast voor wie acupunctuur mag uitoefenen, en zij zien toe op de naleving van de kwaliteitseisen binnen het beroep.
België kent vier beroepsorganisaties voor acupunctuur:
• Belgium Acupuncture Federation (BAF): Dit is een Belgische beroepsorganisatie die acupuncturisten in het hele land vertegenwoordigt.
• EUFOM: Een Vlaamse beroepsorganisatie die acupuncturisten in Vlaanderen ondersteunt.
• ABADIC: Een Waalse beroepsorganisatie voor acupuncturisten.
• BVAA ABMA: Deze organisatie is uitsluitend voor artsen die ook acupunctuur beoefenen.
De beroepsorganisaties en de Kameradviezen stellen dat acupunctuur idealiter wordt uitgevoerd door personen met een medische achtergrond, zoals een diploma in de geneeskunde, tandheelkunde, vroedkunde, verpleegkunde of kinesitherapie. Dit draagt bij aan de veiligheid en effectiviteit van de behandelingen, hoewel de wet zelf deze vereiste niet strikt oplegt.





